Door Ninja Paap-Luijten

Het was stil op het Wilhelminaplein. Dat was het bijna altijd ‘s nachts, maar nu leek het erger dan anders. Dat kwam misschien door de kerstboom die daar vrolijk stond te schitteren in de kraakheldere nacht. Zelfs de kerk leek vriendelijk, vredig en verwelkomend. Zelfs voor mij.
Zonder het te beseffen was ik bij de fontein blijven staan, mijmerend over plastic lampjes en holle beloften. Bah. Ik keerde de kerstboom mijn rug toe en wilde met grote passen verder lopen, toen ik onder een van de bankjes dat kleine balletje vacht zag zitten. Een deel van mij wilde doorlopen. Een ander deel, dat veel ouder was, hield me tegen.
Zo had ik ook ooit gezeten. Op een bank, in plaats van eronder, maar verder exact hetzelfde. Rillend van kou, eenzaamheid en angst, niet in staat voor mezelf te zorgen.
Het zwarte balletje vacht miauwde. Heel zachtjes.
Resoluut liep ik verder. Twee stappen. Vier. Ik had geen ruimte voor een kat. Ik! Laat me niet lachen, niemand is óngeschikter om voor iemand te zorgen…
Ik stond weer stil. En keek om.
Dat arme beest keek me aan met die kittenogen, alsof ze dwars door mijn ziel konden kijken. Een zwarte kat?
Ik hurkte neer bij het bankje. We keken elkaar aan, de verschoppeling en de gevallen man. Voorzichtig nam ik de kitten in mijn hand. Ik schrok. Het water uit de fontein was warmer dan dit beestje.
‘Kom maar,’ suste ik de poes. Het wás een poes, dat wist ik zeker. Ik knoopte mijn jas los, klemde de kitten tegen mijn borst en zorgde ervoor – ik was bang dat ze anders te weinig lucht zou krijgen – dat ze met haar gitzwarte kopje naar buiten kon kijken. Dat was nog knap lastig. Ze was zó klein dat ze in mijn broekzak zou hebben gepast.
Met het kleine, zacht spinnende, ijskoude lijfje van de kitten tegen mijn kille hart gedrukt, haastte ik me weg.
Fideel, zo heb ik haar genoemd.
Het is me een raadsel of ik vergiffenis heb gekregen, maar ik dool ’s nachts niet meer rond. Elke dag komt Fideel even bij me op schoot liggen. Sinds die nacht van 24 op 25 december is er iets veranderd. Toen ik laatst in de spiegel keek, ontdekte ik mijn spiegelbeeld. Met grijze haren. Ik heb me in jaren niet zo rustig gevoeld.
Over de auteur:
Ninja Paap-Luijten (1986) woont in Naaldwijk met haar man en dochter. Ze is fantasyauteur, schrijfcoach en vertaler (Engels-Nederlands). In 2019 kwam haar debuutroman (Oragayn) uit bij uitgeverij PeruBo Publishing. Sindsdien zijn er meerdere fantasyverhalen van haar hand verschenen.
De foto bij dit verhaal: © Ninja Paap-Luijten
© 2020 – 2023 Fantasize & Ninja Paap-Luijten