web analytics
dinsdag, maart 19

Boekrecensie: Werelden ontwaken – de kracht van samenwerking

Door Sigrid Lensink-Damen

Schrijven is een solitaire bedoening, maar dat het ook anders kan bewijzen de zeven auteurs van de verhalenbundel Werelden ontwaken. Anna Mattaar, Antoni Dol, Heleen van den Hooven, Marieke Frankema, Mariëlle Douma, Robin Rozendal en Tom Kruijsen kennen elkaar via een bijeenkomst van de Stichting ter bevordering van het fantastische genre en zij vormen sindsdien een actieve schrijfgroep. Ze komen vaak samen, schrijven en geven feedback op elkaars werk.

Cover van Werelden ontwaken, foto © Sigrid Lensink-Damen

En nu ligt daar de bundel Werelden ontwaken, waaraan elk lid een bijdrage heeft geleverd. Niet alleen schreven de zeven elk hun eigen verhaal, ook het uitgeefproces hebben ze volledig samen uitgevoerd. Zo is het binnenwerk en de omslag het werk van Antoni Dol en maakte Robin Rozendal de cover. Allen hebben zich ingezet voor de bekendmaking online en de nodige marketing eromheen.
De verhalen spelen zich allemaal af in de wereld of het universum van een groter werk en als lezer maak je kennis met de wereld, de personages en de schrijfstijl van de deelnemers.

Klopjacht van Tom Kruijsen gaat over een necromantiër, Alexander Novak, die op een klopgeest in een universiteitsgebouw jaagt. In een lichtvoetige detectivestijl doet Novak verslag van zijn worstelingen en zeges. Klopgeesten, jullie zijn gewaarschuwd.

In Robin Rozendals De huilende stad zint Sandee wraak op Choriam, die haar ouders heeft vermoord. De stad Zagrabe, een van de levende steden uit deze verhaalwereld, houdt Sandee echter tegen. Ook zij heeft een gruwelijke hekel aan die Choriam, die met zijn negatieve energie de stad corrumpeert, maar hem vermoorden is niet de juiste weg, volgens de stad. Een intrigerende verhaalwereld vol energie, magie en onderlinge verbondenheid.

Frederica’s metamorfose van Antoni Dol is het enige harde sciencefictionverhaal in deze bundel. Wetenschapper Frederica ontdekt rupsen die plastic eten. Eindelijk een oplossing voor het plasticafvalprobleem! Ze kweekt de rupsen op tot reuzenformaat, maar als ze worden gestolen uit de beschermde omgeving en zich razendsnel over de aarde verspreiden, valt ook het nuttige plastic aan hun vraatzuchtige kaken ten prooi. Dol zet je aan het nadenken met deze genuanceerde benadering van het plasticprobleem.

In Zeesteen van Heleen van den Hooven openbaart zich de wondere wereld van de zee en de diepzee. Daniz woont bij haar oma en kijkt stiekem in haar Grimoire. Er blijft inkt aan haar handen plakken die ze afspoelt in zee. Als Daniz jaren later als kapitein van haar eigen schip een zeesteen naar een nieuw land moet brengen om het zeevolk te redden, is die afgespoelde inkt een vloek geworden die alles in het honderd dreigt te gooien. Voor de liefhebbers van zee, bijzondere zeedieren, water, boten en piratenverhalen.

Marieke Frankema schrijft graag over de liefde met een esoterische en spirituele invalshoek, wat ook in haar verhaal Duizend doden tot uitdrukking komt. In een prettig tempo ontvouwt zich het verhaal van Myrthe en Jurriaan in het heden, maar ook van Anna en David in het verleden. Wat die twee verhalen met elkaar te maken hebben, kun je het beste zelf ontdekken.

Faylars transformatie is een puur fantasyverhaal met draken en magie, kenmerken van de verhalen van Mariëlle Douma. Deze keer beschrijft ze het lot van Raelon, een man met zwarte tekens op zijn huid, die zich nergens thuis voelt. Als hij aanspoelt op een eiland en verliefd wordt op een draak, leert hij tegelijkertijd iets over zijn oorsprong. Het verhaal eindigt met een ruw randje, wat het verhaal net dat beetje extra geeft.

In Winterwaker van Anna Mattaar probeert de koudbloedige schubbeling Steenkop zich te bewijzen tegenover de andere schubbelingen: hij weet zeker dat hij een ankuï (een doener, een waker) is en geen chani (een verzorger). Twee hachelijke situaties volgen, waarin Steenkop zich probeert te ontworstelen uit zijn chani-bestaan. Hij ontdekt veel over zichzelf en de andere schubbelingen en dat hokjes maar hokjes zijn.

Voor elk wat wils dus. Wel kan de bundel nog een kritische blik op taalniveau gebruiken. Op het eerste gezicht is het taalgebruik prima, maar hier en daar springen nog een paar eigenaardigheden in het oog, zoals de blijkbaar onvermijdelijke anglicismen, maar ook de vreemde trend van tegenwoordig om ‘voorzetselwerkwoorden’ uit elkaar te trekken. Zinnen als ‘…zich niet voor te kunnen stellen’ deden me regelmatig fronsen. Het zou goed zijn om in het grote werk op deze dingen te letten.

Ondanks dit kleine kritiekpunt bewijst deze bundel de kracht van samenwerking: verhalen van hoge kwaliteit in een verzorgd en mooi vormgegeven boek.

 

© 2020 – 2024 Fantasize & Sigrid Lensink-Damen

You cannot copy content of this page