web analytics
donderdag, maart 28

Tag: vermissing

Vertellingen: 1897 – deel 4
Actueel, Vertellingen

Vertellingen: 1897 – deel 4

Een verhaal van Terrence Lauerhohn in vier delen. 4. Omgeven door hout en steen ontwaakt de verschrikking weer. De helse jager kijkt op, kreunt, de zonnespiegel is voorbij haar volheid. Eén nacht blijft. Eén nacht slechts, om te jagen, om te voeden. Een maand volgt, een martelend leven als een sterveling. *** Giacomo lag onder wat bosjes die de kruising afbakenden waar hij de struikrover had gedood. Het was een wilde gok. Zijn voorgevoel bleek juist. Het rijtuig van de signorina kwam in zicht. Hij wachtte tot het gepasseerd was en zette een nieuwe achtervolging in. Tot zijn verwondering ging de reis niet via Chioggia. De menner week van de hoofdweg af en koos voor de route die iets noordelijk van Venetië, bij de kust uitkwam. Aangekomen bij de oever van de laguna sloeg de koets ...
Vertellingen: 1897 – deel 3
Actueel, Vertellingen

Vertellingen: 1897 – deel 3

Een verhaal van Terrence Lauerhohn in vier delen. 3. ‘Temper uw weerschijn, moeder maan,’ fluistert het dorstige wezen met schrale stem. Het heft een klauw, strekt benige vingers uit naar het verarmde zonnelicht. Nagels, zwartgerand, rijten de lucht. Naar beneden gaan ze, kervend in vel, spieren, pezen. Hongerende lippen raken blanke huid. Een zachte zucht van dat wat voedsel wordt spoort de gulzigheid ongebreideld aan. Een kreng, in de tint van was, rest na het stillen. Een slap, leeg omhulsel dat als afval in het zwarte water neergelaten wordt. *** Giacomo wreef lusteloos de slaap uit zijn ogen. Stilletjes vervloekte hij zijn stommiteit van de dag ervoor. Hij had de nacht woelend doorgebracht, met het zinnenprikkelende beeld van de naakte signorina in zijn geest. Hij keek door...
Vertellingen: 1897 – deel 2
Actueel, Vertellingen

Vertellingen: 1897 – deel 2

Een verhaal van Terrence Lauerhohn in vier delen. 2 Onder een laken van duisternis overziet de jager het aardse, dorstig naar bloed. Later zal het stromen. Niets zal worden verspild. *** Hij arriveerde laat, veel te laat, de zon was net ondergegaan. Giacomo trok hard aan de deurbel, een koperen leeuwenkop met uitgestoken tong. Hij vloekte zacht, omdat hij de lengte van de reis en het woelige water van de Brenta had onderschat, en omdat hij de ijver van de gondelier die hem had gebracht, had overschat. Een minuut later kwam een bediende aanlopen, onder een zwakke lichtvlek uit de lantaarn die hij omhooghield. Toen hij dichterbij kwam herkende Giacomo de kleinste van de twee mannen die de signorina naar het politiebureau hadden begeleid. Het kereltje haalde het in sierlijke lussen ...

You cannot copy content of this page